Zand, strand en partly sunny - Reisverslag uit Hervey Bay, Australië van Simone, Koen, Eline en Nynke - WaarBenJij.nu Zand, strand en partly sunny - Reisverslag uit Hervey Bay, Australië van Simone, Koen, Eline en Nynke - WaarBenJij.nu

Zand, strand en partly sunny

Blijf op de hoogte en volg Simone, Koen, Eline en Nynke

09 Augustus 2014 | Australië, Hervey Bay

Vrijdag 1 augustus Airlie Beach
Feest! Vandaag zijn Simone en Koen 17 jaar bij elkaar. Dat moet gevierd worden. Simone hangt de slingers op, Koen plukt een bloemetje. En vanavond gaan we uitgebreid uit eten. We hebben weinig te doen, want het toertje naar de Whitsunday Islands kan pas morgen, dus we hebben zeeën van tijd. Bij het badhok komen we Pieter, Marjolein, Pieter en Wiebe uit Zeist tegen, die we gisteren bij de camp kitchen ook al gezien hebben. Onze meiden en hun jongens zijn ongeveer van dezelfde leeftijd en hebben wel zin in spelen, zoals een potje kwartetten. Vader en moeder kletsen met elkaar onder het genot van een vers bakje koffie. Later verschuiven we de zitting naar de rand van het zwembad.
Lunchen doen we met gesmeerde boterhammetjes bij het zwembad, dat is net zo makkelijk. Koen spant zich wel even in, hij gaat een uurtje hardlopen. Tegenover de camping loopt de Mandalay Road een schiereiland op van waaraf je een geweldig uitzicht over de baai van Airlie Beach en het dorpje zelf hebt. Een loopje dat veel fraaie uitzichten oplevert!
Om 4 uur gaan we toch maar wat doen. We rijden naar het dorp en flaneren langs het strand. Er is een klein marktje, heerlijk zand om in te spelen en een paar fraaie speeltuinen. Bovendien blijkt een kermis op het punt van openen te staan. Dat belooft wat voor straks.
Om half zes begint het uitgebreid feestprogramma. Bij Mr Bones eten we heerlijke pizza’s: een margarita voor de kids, voor Simone een pizza met ham/bacon, rucola, gecarameliseerde uien en geitenkaas, voor Koen een pizza met lamb curry en sausje. Zeer verrassend, maar superlekker. We eten ze aan een soort bar die uitkijkt over de lagoon (een zwembad op de boulevard!), het strand en de zee. Romantisch!
Eline en Nynke hadden al lang gezien wat ze daarna wilden doen. Bungy jumpen op de kermis! Ofwel: tien minuten lang springen op de trampolines met springveren en tuigje. De ene na de andere salto rolt uit de heupen. Heel dapper, zo vlak na het eten. Daarna snelle we terug in de richting van Mr Bones. De buurman van de pizzeria is namelijk het Chocolate Café. Hoe kun je vrouwen nou beter verwennen dan met chocola? Met zijn vieren verorberen we een chocoladefondue met aardbei, marshmallow, banaan en kruidkoek (?) om mee te dopen. De kinderen mogen er een witte kikker bij. We vijzelen de sfeer in de tent zo op, dat we later zelfs nog een chocoladekoekje kado krijgen.
Snel door naar het strand om een mooi plekje te vinden voor… het vuurwerk. “Dat doen ze speciaal voor ons 17-jarig jubileum”, zeggen Simone en Koen. Zeker tien minuten spuit, fluit en knalt het boven ons, terwijl we heerlijk in het zand zitten. Zo spectaculair als in Darwin is het niet, maar zeker de moeite waard. In de boekjes lezen we dat het vuurwerk de opening van een week lang Reef Festival inluidt, maar daar geloven we niets van. Het is speciaal voor ons!

Zaterdag 2 augustus Airlie Beach (Whitsundays)
We moeten vroeg op voor onze tour door de Whitsundays, een prachige eilandengroep voor de deur van Airlie Beach. Maar het is de moeite meer dan waard, want dit toertje wordt een van de hoogtepunten van de reis.
Het busje brengt ons naar de haven, waar twee hippe matrozen ons verwelkomen op hun bootje. En wie komen we daar tegen? Een meisje dat we al twee keer eerder zijn tegengekomen, in Litchfield (bij Darwin) en nog ergens. Maartje de Vries heet ze, en ze doet ook dit toertje. De meiden beginnen honderduit tegen haar aan te kletsen en Maartje vindt het wel gezellig. Een klein bootje (met ongeveer 25 mensen) scheurt eerst naar tussen de eilanden door, die er bij het stralende zonnetje heel mooi bij liggen. Na een uurtje zet de boot ons af (met een apart motorbootje) op Whithaven Beach, volgens een peiling onder Australiërs het mooiste strand van Australië. Witter en zachter dan dit zand vind je nergens. Zes kilometer parelwit zand tegen een achtergrond van palmbomen en ander groens. Het zand zingt zelfs als je erover loopt, echt waar! Dit moet het paradijs zijn – ware het niet dat er nog andere tourgroepen zijn neergestreken. Het zand inspireert ons om sneeuwpoppen te bouwen, zo wit is het. Dat lukt aardig, we bouwen twee exemplaren van 15 cm hoog. En natuurlijk zwemmen we een stukje in het heerlijke water.
Vlak na twaalven roepen de twee hippe matrozen ons naar een verborgen plekje in het bos. Daar staat onze lunch klaar. Onze eerste Aussie barbie, op het strand nog wel. Op de grill liggen steak, worstjes en een dikke makreel die de kapitein een uurtje daarvoor vanaf onze boot gevangen had (in tien minuten nota bene). Daarnaast bakken met rijst, veel vers fruit, brood en salade. Terwijl we smullen van dit lekkers, komen twee varanen van een meter lang even langs om te kijken of er nog wat te snaaien valt.
Na de lunch varen we een klein stukje naar een strandje waar een wandeling naar een uitzichtpunt begint. Door het bos lopen we omhoog om een blik te krijgen op de schitterende baai van Whitehaven met zijn blauw-witte kleurschakeringen. De zandplaten, ondiepe en diepere stukken kleuren steeds blauwer en wisselen elkaar in een geleidelijk patroon af. Je raakt haast niet uitgekeken. Maar dat moet wel, want we moeten varen naar Mandalay Bay, drie kwartier verderop. Daar krijgen we snorkelinstructie en mogen we te water. Eline mag met haar ontstoken oor niet zwemmen en daarom hebben we speciaal deze tour met glazen boot geboekt. In de bodem van de rubberboot zit een glazen plaat waardoor Eline het prachtige koraal en de vissen ook kan zien. Ze is zo’n goede maatjes met de stoere matroos dat ze zelfs zonder papa of mama mee durft. Nynke is minstens zo stoer en snorkelt met de volwassenen mee. Ze ziet koraal in prachtige kleuren: bloemkoolvormig, lange dunne wuivende slierten, gigantische omhoogstaande schelpen die met purper zijn bekleed met twee happende bekjes en nog tientallen andere vormen. Daar tussendoor zwemmen de meest kleurrijke vissen. Die zie je het best als je even stil ligt, dan komen ze vanzelf tevoorschijn. Dikke zwarte vissen, rood-witte exemplaren, een bolle blauwe die geleidelijk overgaat in geel, soms alleen, soms in een school. En als afsluiter komen we een waterschildpad tegen!
Nynke houdt het snorkelen een kwartier vol, dan ligt ze echt te bibberen in het koude zeewater. Simone brengt haar weer terug naar de boot, zwemt daarna nog een keer op en neer om het onderwaterfototoestel te pakken en slaagt er desondanks nog in om al het moois te aanschouwen.
Gelukkig hebben we nog een uurtje varen om uit te rusten van de inspanning. Op de wal nemen we afscheid van Maartje die de volgende ochtend zou skydiven. En op de camping gaan we na het eten snel naar bed.

Zondag 3 augustus Airlie Beach – St Lawrence (250 km)
We hebben geen haast vanochtend. In een heerlijk zonnetje eten we een broodje en pakken de boel in. We krijgen zelfs de geeft om de komende week te plannen, benodigde campings en toertjes op te zoeken op internet en een paar ijkpunten al te boeken.
Het is al 11 uur als we voor de laatste keer naar het leuke Airlie Beach rijden. En wie zit daar aan een picknicktafel met de laptop op schoot? Maartje! Het skydiven was geweldig, vertelt ze, en meteen laat ze de mooiste foto’s en het filmpje zien. Heel stoer!
Wij storten ons in de familiedag van het Reef Festival. Op het grasveld aan het strand is een ochtend vol leuke kinderdingen georganiseerd. Het is gezellig druk. Wij lopen een soort speurtocht langs zeven kraampjes die allemaal met natuurbescherming te maken hebben. Bij alle kraampjes kun je iets leuks doen. We aaien een levende zeester, knutselen een schildpad en een button, gooien ballen in een raster van doosjes en leren onderweg veel over het leven onder water, het beschermen van het Reef en gescheiden afval inzamelen. Tussendoor kunnen Eline en Nynke nog net aanhaken bij het donut happen, de logische Australische variant van het koekhappen. Het hoogtepunt is de wedstrijd ‘Zo snel mogelijk een slush puppie drinken’. Tien deelnemertjes beginnen tegelijk aan een klein –zou je toch zeggen – klein bekertje slush, maar de een na de ander wordt huilend met bevroren tong en knallende koppijn afgevoerd!
We zijn er tot begin van de middag zoet mee. Als we dan ook nog de lunch bij elkaar moeten shoppen en relaxed aan zee opeten, dan is het al snel half drie voordat we op pad kunnen. En we moeten nog best een stukje. In één langs sprint, slechts onderbroken door sanitaire stops, rijden door naar St Lawrence. Daar ligt in de middle of nowhere een gratis camping die ons is aangeraden door medereizigers. We zien er geen snars van, want het is al lang donker, maar begrijpen dat dit het uitgebreide terrein van een plaatselijke boer is en vinden een ruime plek dicht bij het badhok. Veel meer dan eten en naar bed zit er nu niet meer op!

Maandag 4 augustus St Lawrence – Hervey Bay (600 km)
De camping blijkt aan een wetland te liggen, zien we bij het ochtendlicht. Koen gaat al vroeg even aan de wandel en ziet een scala aan eenden, zwanen en andere watervogels die de wetlands bevolken. En hij loopt nota bene tegen zijn eerste wilde grote kangoeroe aan!
Vervolgens moeten we de hele dag rijden. Gisterenavond hebben Simone en Koen het programma van de resterende week in elkaar gedraaid en we blijken vandaag 600 km te moeten afleggen. We rijden gemiddeld 80 km/u op deze wegen (de snelweg is een tweebaansweg, waar je af en toe ook trage caravans moet zien in te halen en waar regelmatig werkzaamheden aan de hand zijn), dus zijn we aan kale rijtijd al 8 uur kwijt. Dus: donatie voor de gratis camping doen, even tanken, volgende camping en toertje van morgen boeken en dan plankgas!
Zoals altijd is het slecht weer op een reisdag, met enige regelmaat komt er een druppeltje naar beneden. De felste plensbui krijgen we zelfs tijdens de lunch op een uitgestrekte maar uitgestorven parkeerplaats voorbij Rockhampton. Als het droog is hebben we gelukkig nog wel even tijd voor een potje stoelvoetbal. De meiden winnen weer!
De weg is vrij saai. We rijden kilometerslang door heuvelachtig terrein met uiterst rechts de hoge heuvels van de Great Dividing Range. Om ons heen zit eerst nog bosjes, daarna weilanden of bosjes met koeien erin, dan een stukje suikerriet en daarna weer bos. Veel dorpjes komen we ook niet tegen. We vermaken ons met dode kangoeroes tellen (88 lijken op een traject van 50 km), een filmpje, Elbow, boek en kaart lezen. Simone rijdt zeker 100 km en uitgerekend dan regent het op zijn hardst. Een leuke stop maken we op 80 km voor het einddoel in een relaxed dorpje met veel oude houten huizen. We lopen er tegen een hardlopend meisje aan dat uit Nederland blijkt te komen en hier avodaco’s inpakt. En we shoppen nog even in de eerste dollarshop die we in weken tegenkomen. Ter info: de dollarshop is een soort Action, maar dan leuker.
We redden het net niet om voor 6 uur op de camping in Hervey Bay omdat we lang door het dorp dwalen op zoek naar afslag Fraser Street. Maar ons plekje is er nog. We blijken een eigen wc- en douchehokje naast ons oprijlaantje te hebben. Een en suite heet dat in Australië, redelijk gebruikelijk voor de upmarket kampeerder. Lekker, een beetje luxe. We draaien nog snel een rijst met prut in elkaar en gaan dan met de kippen op stok.

Dinsdag 5 augustus Hervey Bay (Fraser Island)
Nog vroeger dan twee dagen geleden moeten we op om dit toertje mee te maken. Om 7.25 uur staat de bus al klaar. En dan hebben wij al gedoucht, gedarmspoeld, ingepakt en ontbeten. Niet schlecht voor een vakantiedag.
De wolken barsten open als we met de ferry naar Fraser Island varen. Met tweehonderd man zitten we in het kleine kombuis gepropt. Maar na tien minuten wordt het mooier. Terwijl er een paar dolfijnen op afstand uit het water springen, krijgen wij zicht op Fraser Island, het grootste zandeiland ter wereld. 120 km lang, 20 km breed en volledig gemaakt van zand. Geen rotsje te bekennen dus. En behalve strand en duinen heeft het eiland wel tropisch regenwoud. Wegen zijn er niet, alleen zandpaden, dus is alle verkeer per 4WD. Die van ons blijkt een 4WD-bus met vrachtwagenvoorkant te zijn. De eerste paar meters over het zand gaat nog, maar dan begint het hobbelen en bobbelen. En dat gaat de hele dag zo door. Simones ontbijt begint zijn opmars naar boven…
We rijden eerst door het bos omhoog om aan de andere kant weer naar beneden te zakken en aan het strand uit te komen. Na een sanitaire stop beginnen we aan de rit over 75 miles beach. Gewoon over het strand, want dat is een officiële weg waar je 80 km/u mag rijden. Dat halen we zelden, want het strand hobbelt en bobbelt nu eenmaal. Dicht aan het water gaat het meestel wel. Maar ook daar is het zand mul en zwaar van de regen, ligt er zwart, gefossilleerde klein die de weg verspert en kabbelt er af en toe een kreekje de zee in die voor een diepe kuil zorgt. We maken drie stops:
• Het wrak van de Moreno, een groot schip dat in 1935 is aangespoeld en langzaam wordt opgegeten door het eiland. Er is nog maar eenderde zichtbaar.
• The pinnacles, een stel pilaren en grillig gevormde wanden in vijftig tinten rood. Niet van steen, maar van samengeperst zand.
• Eli Creek, een helder riviertje dat een mooi kloofje heeft getrokken in het zand en waar je kniediep in kan waden. Bij de wc’s ziet Nynke de eerste cactus van het land. In de woestijn hebben we die niet gezien, maar hier wel.
De lunch gebruiken we in een low key resort. Daar staat een uitgebreid all you can eat-buffet voor ons klaar met vis, Spaanse omelet, rijst, falaffelballetjes, worstjes en diverse soorten salade. Overheerlijk!
Terwijl de regen nu met bakken uit de hemel komt, hobbelen we naar Central Station. Dat is het vroeger houthakkersdorpje in het midden van het eiland (met spoorlijn) dat nu dienst doet als vertrekpunt van wandelingen. Simone is inmiddels zo door elkaar geschud dat haar eten tegen haar keelgat aanklotst. Eline, Nynke en Koen trotseren de buien en gaan in regenjas op pad! De wandeling voert langs allerlei bomen die hier van 1860 tot 1991 gekapt werden: kauri pine, een kaarsrecht groeiende soort eucalyptus, een ijzersterke waterwerende boom die zandkorrels door zijn wortels opzuigt en de grootste varensoort van Australië (300 miljoen jaar oud): de king fern. Gelukkig houdt het snel op met regenen.
Simone heeft inmiddels de passagiersstoel gesjefd en zit heel wat relaxeder, zo naast de chauffeur, als we naar Lake McKenzie rijden. Op 150 hoogte ligt op het eiland een idyllisch meertje met kristalhelder water, omgeven door tropisch regenwoud. Een plaatje voor het oog, maar een beetje koud aan het reeds kleumende lijf. Toch duiken we allemaal onverveerd met 19 graden koude water in. Heerlijk! Gelukkig hebben we warme handdoeken en voor de kinderen een droog setje kleren bij ons. Simone en Koen stappen onverwijld door in hun natte kloffie.
Als we na 4WD, veerboot, zonsondergang en bus op de camping aankomen, wacht ons nog een verrassing. Pieter, Marjolein, Pieter en Hidde komen ook net aan! Eline en Nynke gaan meteen met hen op de springkussens spelen. Dat geeft Simone en Koen de gelegenheid om wat snelle boodschappen te doen in de Woolies. We sluiten een dag hobbeldebobbel af met de wonderlijke combinatie van vissticks op brood. Heel lekker, volgens Simone…

  • 11 Augustus 2014 - 22:43

    Nathalie:

    Wat een feest van herkenning (behalve het weer dan). Leuk om te lezen. Veel plezier nog!

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Simone, Koen, Eline en Nynke

Actief sinds 27 Juli 2009
Verslag gelezen: 395
Totaal aantal bezoekers 34323

Voorgaande reizen:

21 Juni 2014 - 13 Augustus 2014

Australie 2014

05 Augustus 2009 - 25 Oktober 2009

Eline, Nynke, Simone en Koen go USA

Landen bezocht: