Door Roderotsenland - Reisverslag uit Washington, D. C., Verenigde Staten van Simone, Koen, Eline en Nynke - WaarBenJij.nu Door Roderotsenland - Reisverslag uit Washington, D. C., Verenigde Staten van Simone, Koen, Eline en Nynke - WaarBenJij.nu

Door Roderotsenland

Door: Koen

Blijf op de hoogte en volg Simone, Koen, Eline en Nynke

18 September 2009 | Verenigde Staten, Washington, D. C.

Dag trouwe volgers,

De verslagen worden zo lang dat we te weing tijd hebben om ze te schrijven. Daarom duurde het liefst een week voordat dit weekverslag online staat. De volgende verhalen worden wat korter, want dit is voor schrijver en lezer te veel van het goede.

Nieuwe foto’s (155 stuks) vind je op http://picasaweb.google.com/koenthuis/Amerika2009Deel6#

Voor wie de foto´s de vorige keer niet kon openen, probeer het eens via deze link:
http://picasaweb.google.com/koenthuis/Amerika2009Deel5?authkey=Gv1sRgCLq5xLSaq_iipAE

Vrijdag 11 september Wellington - Moab
Wat een weelde, zo’n indoor pool. De kids liggen lekker in het zwembad, papa en mama gaan hun gang op internet. Weblog bijwerken, foto’s uploaden, even bellen met Skype, reizen is toch echt anders als je een laptop met (af en toe) internetverbinding hebt. Goed nieuws uit het zwembad: Eline mag voor het eerst zonder drijfpakje in het water. Samen met mama oefent ze echt zwemmen. Weet jij het nog? Kikker, vliegtuig, potlood! Opa en oma Van Luyn krijgen er via Skype live beelden van.

Een extra missie voor vanochtend bestaat uit het uitpluizen of Koen nog aan de Half Canyon Marathon mee kan doen. Nou ja, de 10 kilometer in dezelfde canyon dan. Die wordt morgen gehouden in een Park op 20 mijl afstand, zo las Koen gisterenavond in een foldertje. Gouden kans, zou je zeggen. Helaas, de inschrijving is gesloten, inschrijven op de dag zelf is ´misschien mogelijk´, de wedstrijd begint om 6.30, kamperen ter plaatse is waarschijnlijk niet mogelijk en de organisatie is telefonisch niet bereikbaar. Teveel mitsen en maren om ja te zeggen. En Koen heeft voor zaterdag een alternatief programma (zie zaterdag).

Pas om half twee vertrekken we voor onze rit naar Moab. Het eerste stukje is nog bekend terrein. We scheuren lekker door langs bergen (van grijze rots)met in de valleien moeizame graspollen en karige struiken. Maar van het een op het andere moment was is begroeiing verdwenen en zitten we tussen de rode rotsen. De overgang markeert onze entree op het Colorado Plateau, dat een kwart van de provincie Utah beslaat. Dit is het land van de kloven, canyons, rode rotsen en woestijnen.

In Moab zelf moesten we nog flink wat boodschappen doen voordat we neerstreken op Portal RV Park, dat dezelfde eigenaar heeft als het RV Park in Park City. Dat leverde ons 15% korting op! Het RV Park ligt aan de rand van het dorp en is omgeven door rode rotsen: voor, achter en links van ons gaan de rotsen bijna loodrecht omhoog.

Simone en Koen zijn trouwens een mijnenvegencompetitie begonnen. Simone heeft twee keer het gevorderdenveld leeggespeeld en Koen één keer, maar wel in een snellere tijd (348 sec). Wordt vervolgd!

Zaterdag 12 september Moab (Arches NP)
Laten we beginnen met het hoogtepunt van de dag. Eline kan lezen! De afgelopen weken heeft ze zoveel letters getekend en geoefend met zelf schrijven, dat ze bijna alle letters goed kent. Ze kan zelfs lettercombinaties herkennen en uitspreken. Vandaag schrijft Simone tien drieletterwoorden op, zoals bal, tas, man en bel. Eline kan ze allemaal zonder hulp uitspreken. Knap hè (zegt trotse papa).

Koen heeft vandaag een ander hoogtepunt. Om half acht begint hij met zijn mountainbike aan de Slickrock Trail. Deze enerverende toch van 12,7 mijl over zandsteen staat bekend als de mooiste mountainbiketocht ter wereld. Per jaar komen 100.000 mensen de trail rijden. En hij is gecategoriseerd als ‘heel moeilijk’. Over die 12,7 mijl doet een gemiddelde fietser 4 uur, aldus de brochure. De avond ervoor heeft Koen zijn fiets geïnspecteerd, schoongemaakt en geölied, dus hij is er klaar voor.

De tocht begint met de rit ernaartoe. Die loopt 2 mijl door Moab en daarna 2 mijl steil omhoog over een asfaltweg. De meeste Amerikaanse mountainbikers rijden per auto naar het startpunt toe of nemen een fietstaxi (bestaat hier echt). Echte bikkels doen dat natuurlijk niet. Als na honderd meter weet Koen dat het een zware dag zal worden. Het ligt niet aan de ondergrond, die bestaat uit zandsteen, redelijk egaal, af en toe een kuil of scheur, goed befietsbaar. Nee, het is vooral de steilte die de tocht pittig maakt. Soms lijkt het of zo’n zandsteenkolos 45 graden omhoog voert. Met de beste wil van de wereld niet te doen. De afdelingen zijn soms nog erger. En het klimmen en dalen houdt maar niet op. Soms 5 trappen omhoog, soms 30, maar wel steeds op en neer. In het begin moet Koen regelmatig van de fiets, maar naarmate de kilometers onder hem doorglijden neemt hij de klimmetjes en afdalingen steeds makkelijker.

Maar wat een prachtig gebied om doorheen te fietsen! Op het ene moment fiets je langs vreemdsoortige rotsfiguren, verderop heb je opeens een dijk van een uitzicht het Moab-dal in (de camping is zelfs te zien), dan eer kijk je een kleine rotscanyon in of fiets je er zelfs doorheen en halverwege volgt een spectaculaire doorkijk op de Colorado. De route, die uitgezet is met witte stippen op de zandsteen, kriskrast erdoorheen. Op de mountainbike ervaar je het landschap zoveel intenser dan met de camper. En je legt tenminste wat meer kilometers af dan te voet.

Rond eenderde van de rit slaat het noodlot toe. Koens achterband loopt langzaam leeg. Verder rijden is gevaarlijk voor fiets en berijder. Een reserveband heeft Koen niet. Wat te doen? Koen heeft verder nog geen collega-fietser gezien dus acht de kans op hulp klein. De beste oplossing is om gewoon terug te lopen naar het beginpunt. Zeker twintig minuten volgt hij zijn wielafdrukken terug. Dan loopt hij tegen vier medefietsers aan die gelukkig voldoende reservebanden hebben. Hij mag er zomaar eentje hebben! Tien minuten later rijdt hij weer de goed kant op.

Maar het noodlot heeft nog een nummertje in petto. Nee, dan bedoel ik niet de vele keren dat het stuur scheef hobbelt. Gewoon even aandraaien en klaar is Kees. Ook geen valpartij. Het voorval is veel bizarrer. Precies op de helft van de toch valt Koens zadel van zijn fiets. Drie weken oud, die fiets, goed merk zadel, maar toch valt het zadel eraf. De ijzers aan de onderkant zijn naar beneden gedrukt en het zitvlak ligt op de rotsen. Repareren lukt duidelijk niet, merkt Koen na tien minuten prutsen. Lopen is ver beneden Koens stand. Dan maar doorfietsen en zitten op de twee ijzers van het zadel. Beetje pijnlijk, maar het kan net. Zwaarder wordt het wel. Omdat Koen zo min mogelijk wil zitten, staat hij veel meer op de pedalen, wat meer kracht kost. En de spieren in de bovenbenen staan eigenlijk constant op spanning. Na 3 uur fietsen is dat niet prettig. Zes mijl houdt Koen het vol. Dan stapt hij af bij vier motorrijders die uitrusten in de schaduw. “Hoe gaat het?”vragen ze. “Best goed, als je bedenkt dat ik geen zadel heb”, antwoordt Koen. “Dat repareren we wel even”, bieden de vier aan. Ze halen allemaal hun tasjes met gereedschap tevoorschijn en beginnen te prutsen. En warempel, na een kwartier is het gelukt! Voor de zekerheid nog wat duct-tape eromheen en Koen kan weer zitten. Wat een weelde.

Ondertussen liggen Simone, Eline en Nynke… je raadt het al… in het zwembad. Eigenlijk mogen ze het bad niet eens in, dat is gereserveerd voor de gasten op de dure plekken. Maar dan komt de eigenaar hoogstpersoonlijk aangelopen. Hij kent ons nog van de camping in Park City en is zo verheugd dat hij de code voor het zwembad geeft. Zeker twee uur lang dobberen de meiden in het lauwe en warme water en oefent Eline haar zwemslag. Als Koen uitgeput komt aanfietsen, zijn ze net aan het douchen. Perfecte timing.

Na de lunch gaan we met zijn allen op pad. Op vijf minuten rijden ligt namelijk Arches National Park, beroemd om zijn natuurlijke bogen. Maar wat de reisgidsen er niet bij vertellen, is dat je een sprookjesland van wonderbaarlijke rotsformatie inrijdt.

Doe je ogen dicht en probeer je dit eens voor te stellen. Voor je ligt een vlakte van rood en oranje steen, dat eruit ziet als zand. Zandsteen, ja. Op schijnbaar willekeurige plekken rijzen daaruit rood bakstenen muren omhoog. Soms zie je zelfs de horizontale voegen. De muren zijn honderden meters hoog. In sommige richtingen liggen wel drie of vier van die muren achter elkaar. Iedere muur lijkt een slagje roder te worden. En helemaal daarachter liggen dan weer de ‘gewone’, grijze bergtoppen van La Sal Mountains, na Park City en omgeving het tweede hoogste berggebied van Utah.

Tussendoor liggen de resultaten van een cursus pottenbakken met rode klei. Hier een mooie vaas. Daar een mislukte kegel. Hier een homp klei die nog bewerkt moet worden. Daar een paal met een bol erop. Ook: een berg van laagjes klei waar de pottenbakker nog moet afmaken. En de onvermijdelijke asbak. Sommige rotsformaties zijn zo markant dat ze een naam hebben gekregen: Balanced Rock, Park Avenue, Courthouse, Tower of Babel. Zelfs hebben we enkele rotsformaties ook een naam gegevens: Afrikaanse vrouwen, Poppetjes, Pancake Mountains (net als in Nieuw-Zeeland). En we zagen Heuvelbuik: een lachend hoofd met een enorm dikke buik eronder.

En dan is dan niet eens de voornaamste attractie van het park. Dat zijn de bogen van steen, waarvan hier de grootste concentratie ter wereld ligt. Wij trapten de bogentocht af met de Delicate Arch, die je ook op alle ansichtkaarten van Arches ziet. Het was nog een flinke wandeling om op het uitkijkpunt te komen. Eerst 100 gemaakte traptreden, dan 100 natuurlijke traptreden en dan nog een kwartier over de rotsen. Maar dan kreeg je ook wat: een fraai uitzicht opeen boog van wel 150 meter breed en tientallen meters hoog. Daaronder stonden een paar mensen die de moeite hadden genomen de hike van 3 mile te nemen. Daarna reden we verder naar de Fiery Furnace (Vurig Fornuis), een stellage van smalle, lange, opeengepakte pilaren die bij zonsopgang in brand lijken te staan. En als laatste bekenen we Windows, twee bogen die vlak bij elkaar staan. De North Window konden we wel te voet bereiken. Heel terloops liggen er ook nog een drievoudige boog en een loei van een boog in de buurt.

De grootste belevenis was echter het besef dat je door dit idiote landschap mag rijden en de verbazing die je na elke bocht weer stond op te wachten.

’s Avonds keken we gespannen naar de zwarte wolken en bliksem die boven het blok berg achter ons tekeer gingen. Gelukkig kwam het niet dichterbij. En in de schererming plakte de buurman Nynkes achterband.

Zondag 13 september Moab (Canyonlands NP)
Voor het eerst in weken staan we niet op met een blauwe lucht, maar met een witgrijzige hemel. Dat mag ook weleens na zoveel mazzel met het weer. Vandaag gaan we vroeg op pad om het tweede National Park bij Moab te zien: Canyonlands. Het NP bestaat uit het water en land rond de Green River en de Colorado, inclusief de plek waar ze samenkomen. In totaal is dat een gebied van honderden vierkante kilometers, waar we slechts het noordoostelijke hoekje van zien.

Het bekendste deel heet Island in the Sky. Dat kun je letterlijk nemen, want we rijden voornamelijk over een schiereiland omgeven door gigantische canyons. Eerst stoppen we bij een uitzichtpunt over de Colorado, waar de uitgesleten canyon zeker 20 kilometer breed een een kilometertje diep is. Een paar kilometer later zijn we bij de Grand View Point Overlook, waar je de canyon van de Green River in kan kijken. Die bestaat uit wel veertien verschillende lagen gesteente die tot 300 miljoen jaar oud zijn. De meeste hebben een andere kleur, zodat je ze goed kan onderscheiden. Overal gaan trapjes naar beneden: ontzettend steile trappen in oranje steen, geleidelijke trappen in het rood, schier loodrechte trappen, vlaktes met opeens een watervaltrap. En dat kilometers lang. Opvallend is dat we veel Nederlanders tegenkomen. We delen ervaringen met een Nederlands stel met een dochter van één die liefst een half jaar onderweg zijn. We ontmoeten een Nederlandse militair die op oefening is en over een paar maanden weer naar Afganistan moet. En bij de volgende attractie komen we zelfs een groep militairen tegen.

De volgende attractie is een kleine, fijne boog, Wilsons Arch. In tien minuten lopen ben je er. Je kunt er zelfs bovenop klimmen en de peilloze diepte inkijken. Eigenlijk veel mooier en intiemer dan die grote bogen in Arches, behalve het feit dat we de boog delen met een groep leuke Fransen. En als laatste rijden we naar de Upheaval Dome, een tot nu toe onverklaarbaar natuurverschijnsel dat zelfs op satellietfoto’s goed te herkennen is. We klimmen een kwartier tot op de rand van wat een vulkaankrater lijkt. In een grote kom onder ons liggen versteende, groene zandbulten van een metertje of twintig hoog. Maar het is helemaal geen vulkaan. De ene theorie rept over een meteorietinslag (zou ik ook zeggen als ik het helemaal niet meer weet). De andere, naamgevende theorie gokt op een ingestorte ondergrondse zoutkelder. Wij weten het niet – en moeten trouwens snel naar beneden rennen. We waaien bijna de rand af en zien de boosdoener, een stapel zwarte wolken, snel op ons afkomen.

Simone heeft de hele dag haar zinnen al gezet op pannenkoeken. In een boekje had ze gelezen over een pannenkoekenhuis in Moab, dus daar koersen we naartoe. Maar in Amerika eten ze alleen pannenkoeken voor ontbijt en lunch. Ergo: pannenkoekenrestaurant dicht. Terwijl de kids spelen in de plaatselijke speeltuin, zoeken wein meegegriste folders een alternatief restaurant op. Maar als we daar aankomen, moeten we daar twintig minuten wachten. Nee, dan lopen we maar verder naar A
Eddie McStiffs, een family restaurant. En vlak voor we naar binnengaan, zien we een ijs-hang-tentje waar ze crêpes hebben! Dus na het diner gaan we daarheen. De crêpes zijn inderdaad memorabeler dan het warm eten. De kids hebben ondertussen dikke lol door met ijsje in de hand de loungebanken op te springen. De medebankzitter, mountainbikegids met goede verhalen, vindt het cute.

Maandag 14 september Moab – Mexican Hat
In de regen (!)verlaten we Moab voor een dag rijden, meer rode rotsen én twee hoogtepunten. Maar voor het zover is, rijden we eerst roderotsenland weer uit. Dat hadden we niet meer gedacht, dat we nog eens te midden van gewone rotsen, vertrouwde dennenbomen en bekende droge struikjes zouden rijden. Dus het is hier niet overal zo droog.

Hoogtepunt 1: zwemmen in de blote kont.
Tegen enen komen we langs een prachtig meertje van een paar honderd meter groot, dat de inmiddels weer blauwe lucht prachtig weerkaatst. Hier gaan we broodje eten. Het water ligt er zelfs zo uitnodigend bij, dat Nynke en Koen er even in willen. Niet gewoon, maar in de blote kont! We hebben er de dikste lol om. Na afloop spelen we nog ‘huisje’ met een huisje onder de boom, een keuken van takken, bekers van hoesjes van eikels en een ring van dichtbindertjes.

Hoogtepunt 2: Goosenecks
In een boekje had Koen gelezen dat Goosenecks State Park heel mooi moest zijn, maar veel meer stond er niet bij. Waar? Hoe lang rijden? Wat het precies is? Geen idee. Op de bonnefooi volgen we de bordjes, komen op een smalle weg richting oneindig en butsen ineens op een parkeerplaats. Als we uitstappen, zien we wat met Goosenecks (ganzenhalzen) bedoeld wordt. Over een afstand van een kilomeer maakt de San Juan River zeven bochten van bijna 180 graden. Niet vlak voor onze neus, maar vijfhonderd meter lager. In een paar miljoen jaar heeft de rivier zich door de rotsen een weg naar beneden gebaand. Zo’n bochtig parcours dwars door de rotsen heen hebben we nog nooit gezien.

Het is half vijf als we in Mexican Hat inrijden, genoemd naar de gelijkvormige rots die we langs de weg zien. We zijn weer in roderotsland weer ingereden, dus naast ons weer tafelbergen, versteende duinen en kleine rotsformaties. Vanaf onze plek hebben er er uitzicht op. We zijn de enige rondtrekkers op de camping, verder staan er zes campers die er permanent lijken te staan. Het dorpje bestaat verder uit één benzinepomp, één restaurant, vier motels en een winkel. En die is dicht. Goede gelegenheid om eens vroeg naar bed te gaan en slaap in te halen.

Dinsdag 15 september Mexican Hat – Desert View
Ugh! We zijn officieel in het land van de Navajo-indianen. En inderdaad, het ziet er precies zo uit zoals in Arendsoog beschreven staat. Droog, kaal, oranje met af en toe een rare rotspartij. Hier kun je urenlang dwalen zonder een mens tegen te komen. En hier kan Witte Verder iemand op een uur gaans nog horen aankomen.

Het summum van Indianenland is Monument Valley. Gisteren hadden we de eerste contouren al zien liggen, vandaag rijden we er officieel binnen. De allerkaalste vlakte met de allermonumentaalste rotspartijen die in de zon liggen bakken. Ken je het Gasuniegebouw in Groningen? Dat is gemodelleerd naar een van de rotspartijen. Diezelfde kerken van steen figureren dagelijks in commercials en films. Hier werden cowboyfilms opgenomen en reden Thelma en Louise zich te pletter. Net zo’n Amerikaans icoon als Lincoln, Coca Cola en Obama dus.

Vanuit de auto schuift het ene na het andere schitterende panorama aan je voorbij. Het best zie je het grillige werk van de natuur vanuit het visitor centre. We mijmeren wat weg op een terrasje en doen ook nog wat inkopen. Geweldig om alleen maar te kijken en het landschap in je op te nemen.

Verder zitten we vandaag veel in de auto. We rijden in één ruk door naar de eerste camping in de Grand Canyon. Voordat we daar definitief ons kamp opslaan, nemen we een sneak preview op wat ons morgen te wachten staat. We nemen even een kijkje bij uitzichtpunt Desert View. Collega Dirk had me al verteld dat de beroemde canyon uit het niets lijkt te komen. Urenlang rijd je over de vlakte. Dan rijd je een vlakte met dennenbomen in. Dennenbomen vlakbij de Grand Canyon, dat past eigenlijk niet bij het beeld dat je hebt. Volgens de kaart zijn we er al bijna, het landschap blijft maar hetzelfde. Dan mag je rechtsaf de parkeerplaats op en volg je de bordjes.

En dan, ja dan, zie je hem. Een gapende kloof met pas aan de horizon weer die vlakte met bomen. De bodem zie je niet. De wanden zijn loodrecht, op af en toe een traptrede na. Met elke stap wordt de kloof dieper. Binnenin de canyon zie je nu mini-vlaktes, muren van steen en monolieten. Maar nog steeds geen bodem. Onder je vliegen vogels. En pas als je op de rand staat en helemaal naar beneden tuurt, ontwaar je daar beneden een klein, miezerig stroompje. Dat watertje van niks heeft eigenhandig dit wonder van natuur vervaardigd. Ongelofelijk.

Het mooiste uitzicht hebben we vanaf een stenen uitkijktoren die fraai in de omgeving opgaat. Daarboven kijken en lummelen we wat. De kids draaien het voetplateau van de ijzeren verrekijkers zo dat ze een stoeltje hebben. Simone en Koen leunen tegen het glas. Samen lachen we om de Japanners die zich in alle bochten draaien om op de foto te komen. En elke keer dat we weer een blik werpen, is het uitzicht overweldigend.

We komen bij op de camping in het bos. “Zijn er beren?” vragen de kids meteen. Die zijn er niet. “Maar wel bergleeuwen!” En de rest van de avond rapen de kids alle gevallen eten van de vloer en lopen ze netjes aan het handje naar de WC. Onze helden!

Woensdag 16 september Desert View – Lake Powell
“Simone en Koen, jullie zijn al op veel mooie plekken op aarde geweest. Is de Grand Canyon echt zo mooi als de reputatie die het heeft?”
Ja, dat is ‘ie. Dit is de canyon waarmee alle anderen vergeleken worden. Als je op de rand staat, is ‘ie vooral imposant. Zo diep, zo breed, zoveel verschillende lagen steen zie je nergens. Je voelt je heel klein als pas na goed kijken op een paadje halverwege drie ezels en meelopende mensen kunt ontwaren. En welk gevoel zal het geven als je daar beneden kunt rondlopen! In die zin is de Grand Canyon typisch Amerikaans: alles is hier een slagje groter, dus ook de canyons.

Vandaag nemen de Grand Canyon in één grote teug tot ons. Na het ontbijt rijden we naar Grand Canyon Village, waar naar verluidt de beste uitzichten te genieten zijn. Hoewel hier jaarlijks vier miljoen toeristen komen, worden we niet overspoeld door drukte. We parkeren op een van de vijf parkeerplaatsen, laden nog snel de videocamera op in en stopcontact in de supermarkt, kopen en passant twee T-shirt voor de kids (Help! Onze kids hebben dezelfde T-shirts aan) en laten de GC-bus ons naar Yavapai Point brengen. Van hieruit lopen we vijf kilometer langs de rand van de canyon. De wandeling brengt ons langs uitzichtpunten, een lodge, een tamme eekhoorn, niet eens zoveel andere toeristen en zelfs de spoorrails van de Grand Canyon Express.

Op het wheelchair accessible pad zijn om de meter koperen plaatjes ingeslagen die elk een miljoen jaar terug in de tijd aangeven. Zo lopen we als het ware langs de wand de canyon in. Om de paar miljoen jaar hebben we een volgend prachtig uitzicht. Bij elk punt let je weer op andere dingen. Hoe loopt het wandelpad naar beneden? Zijn dat condors? Op hoeveel plaatsen zie je de Colorado liggen? Hoeveel lagen gesteente kun je daadwerkelijk onderscheiden? Zijn er mensen aan de andere kant van de canyon?

Op het eindpunt nemen we de bus terug naar onze parkeerplaats. De kids hebben zo goed gelopen dat ze wel een ijsje verdiend hebben. Vandaag draaien we ijsje en lunch eens om! Ze mogen zelf een bakje vers aardbeienijs tappen. Siem gaat zelfs aan de patat.

Na nog een laatste blik op dit wereldwonder vertrekken we. We rijden weer terug langs de Canyon, langs de camping van vanochtend, langs de benzinepompen van Cameron en door het kale rotslandschap. Van het slechte weer dat we boven de Grand Canyon zagen liggen, pakken we af en toe een paar druppels mee. Het is vooral de wind die uitbundig van zich doet spreken. Omdat we geen picknicktafels tegenkomen, zetten we de camper gewoon in the middle of the rocks neer. We happen binnen snel een broodje weg en razen buiten even uit met springtouw, stoepkrijt, steentjes en ingedroogde rode modder.

Het plan is om op weg naar het noorden ergens een camping te vinden. Maar we vinden niets wat erop lijkt. Over een afstand van 10 mijl komen we maar drie dorpjes tegen, waar hooguit honderd huisjes over een ruim oppervlakte neergelegd zijn. Campings zijn er niet. Dit is echt het Wilde Westen. Het enige dat erop zit, is doorrijden naar Lake Powell. Mijlenlang rijden we door de rotsen. Als Koen er zat van begint te worden, klimt de weg ineens een bergrug op en rijden we een ander dal in. In de verte zien we Page liggen, het eerste echte dorp in 120 mijl. Eindelijk weer in de bewoonde wereld. We zien een Walmart, Jack in the Box, McDonalds…

Maar is hier wel een camping? Aan het meer zouden er toch een boel moeten zijn. Bij de visitor information center vinden we geen soelaas, die is dicht. In de brochures staan ook geen campings. En in het wilde weg richting meer rijden, levert ook niets op. We besluiten eerst maar eens te eten bij de Mac. Misschien hebben ze daar nog foldertjes van campings. Helaas, zelfs een Duits toeristenstel kan ons niet helpen. Vaaglijk herinnert Koen zich de combinatie ‘Waeheap – campstore’. Zou dat betekenen dat er een camping bij Waeheap ligt? We wagen de gok, steken Lake Powell over en slaan rechtsaf naar Waeheap, dat nota bene een national park blijkt te zijn. De dame achter de kassa spreekt het verlossende woord: Er Is Een Camping! In het pikkedonker rijden we ernaartoe en vinden de laatste plaats met full hookup. En als Koen ’s avonds de computer aanzet, blijkt die zelfs op internet te kunnen. Daar leest Koen dat de camping eigenlijk uitstekend is: dubbel zwembad, wifi, aan het meer. Wat wil je nog meer!

Donderdag 17 september Lake Powell
Nou, een geweldig uitzicht. En dat hebben we als we ’s ochtends de gordijntjes open doen. We kijken uit op een grillige rode bergketen met daaronder een donkerblauw meer. Dit is dus Lake Powell, na de Grand Canyon de grootste attractie van Arizona.

Vandaag is een rustdag. En dus gaan we zwemmen. Het resort heeft twee zwembadcomplexen, waarvan wij de kindvriendelijkste uitkiezen. Het heeft een groot koudwaterzwembad en een warm badje. De kids gaan het ene bad in, het andere uit en zo krijgen ze het niet te warm of te koud. Ideaal. Ondertussen babbelen Simone en Koen met een Deens stel met zoon van 5 en dochter van 3. Zij is reisleidster in dit gebied geweest en heeft goede tips. Simone trakteert zich zelfs op een machiatto met caramel.

We lunchen veel te laat en de kids gaan veel te laat het bed in. Pas drie kwartier later slapen ze. Koen trekt nog even zijn hardloopschoenen aan. Gisteren heeft hij op internet gevonden dat er over anderhalve week een triathlon in Las Vegas is. Hoe klinkt dat: “Ik heb meegedaan aan de triatlon van Las Vegas.” Gaaf hè? Voldoende motivatie om anderhalve week veel te trainen en weinig te eten. Vanmiddag wordt het een intervaltraining langs het meer.

Koen en Simone hebben zelfs tijd om te douchen voordat het kroost wakker wordt. Dan is het ook hoog tijd om boodschappen te doen. In de Malmart slaan we voor zeker een week eten in. En als we bij de kassa zijn, zien we dat het al negen uur is. Belachelijk. We scheuren naar huis, warmen snel vier potjes noodles op en mikken de kids in bed. Om 21.30 uur. Terwijl we morgen vroeg op moeten…

Vrijdag 18 september Lake Powell
… om een boottochtje op Lake Powell te maken. Alleen om 8.00 uur was nog plek! Nou is de klok in Arizona een uur teruggegaan, dus 8.00 uur voelt voor ons als 9.00 uur. Dat is al beter te doen.

Samen met 50 Fransen varen we eerst naar de dam die Lake Powell heeft veroorzaakt. In de jaren zeventig kwam Amerika erachter dat ze meer elektriciteit en meer drinkwater nodig hadden. Politici besloten daarom middenin de Colorado een dam aan te leggen. Dat besluit was – en is nog steeds - zeer controversieel. Tot 250 mijl stroomopwaarts zou een grote canyon onder water komen te staan. Dat betekende het einde van natuurschoon, de dood van wilde zalm in de Colorado, het aantasten van Indiaans cultuurgoed en het onderlopen van drie dorpen. De bezwaren hadden echter geen effect: de dam kwam er. Van dichtbij is hij eigenlijk best klein, maar zijn gevolgen zijn groot. In 1983 bereikte het ondergelopen gebied full pool. Over 250 mijl rivier ontstond 2500 mijl kuststrook, meer dan de gehele westkust van de USA. Het hele gebied kreeg een recreatieve functie en werd Glen Canyon Recretional Area.

Een onder water gelopen canyon ziet er minstens zo mooi uit, zo ervaren we. Na een half uur varen draaien we de Antelope Canyon in. Plots wordt de vaarweg smaller. Het water meandert tussen de rotsen door. De ene na de andere S-bocht openbaart een nog mooier plaatje. Hoe verder we de canyon ingaan, hoe hoger de wanden naast ons worden. Als we het keerpunt bereiken, is het alsof we in een levende kerk met helblauw dak dobberen. Met dank aan de visionairen van de jaren zeventig!

De rest van de dag wordt weer gewoon rustdag. We zwemmen, doen de was, internetten wat en schrijven het weblog. Na die lange rijdagen waren we ook wel aan wat ontspanning toe. Morgen gaan we weer op pad. Bryce en Zion NP wachten op ons…


  • 19 September 2009 - 07:40

    Erwin En Marchien:

    zo te zien inmiddels elke dag heel mooi weer.

    ben benieuwd of het lukt om de verhalen in te korten

    liefs MES

  • 19 September 2009 - 07:42

    Hans&Ellen:

    Wat een verhaal zeg! Al weer woorden om volop in mee te leven!! Grappig dat we ZAGEN hoe Eline zwemt. Er is zelfs een weblogfoto van! En dat lezen ..... dat doet natuurlijk een 0&0-hart sneller kloppen!Het is maar weer eens gebleken dat jullie een vakantie vieren om nooit meer te vergeten. Wat een indrukken, wat een natuurverschijnselen, wat een andere wereld dan wij gewend zijn!!
    Geniet dus nog een poosje. Op afstand genieten we mee!!

  • 19 September 2009 - 07:44

    Hans&Ellen:

    Tussen twee haakjes: het mag best een week duren hoor voor er een weekverslag verschijnt .........

  • 20 September 2009 - 03:12

    Nicolette:

    hoi!leuk jullie gezien te hebben in island in the sky.

    wij hebben even gekeken op jullie site! ziet er goed uit hoor!
    wij zijn dinsdag in bryce en woensdag in zion. Dus wie weet zien we jullie nog een keer!

    veel plezier!
    nicolettewillemlotte.waarbenjij.nu

  • 20 September 2009 - 09:40

    Marinke:

    Whaaazzzaaapppp??! Kortere reisverslagen?! Hoe moet dat dan met "that lazy sundaymorning feeling" (Grote pot thee, warme broodjes uit de oven, onderwijl relaxed achterover leunend achter mijn peeceetje, genietend van jullie belevenissen!) Ik stem TEGEN. Dat dat maar even duidelijk moge zijn ;-)

  • 20 September 2009 - 12:33

    Bas:

    Ik sluit me aan bij Marinke. Check effe de mail, de makelaar organiseert 10 oktober een open dag...

  • 21 September 2009 - 19:27

    Marry:

    Lieve familie,

    We genoten opnieuw volop van dit "enorme" verslag en van de prachtige foto's (ook die van de vorige keer nu kunnen zien). Jullie hebben allemaal een lekker bruin kleurtje! Tot de volgende keer maar weer en blijf lekker genieten.

    groet Marry en Roelof

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Verenigde Staten, Washington, D. C.

Simone, Koen, Eline en Nynke

Actief sinds 27 Juli 2009
Verslag gelezen: 1524
Totaal aantal bezoekers 34330

Voorgaande reizen:

21 Juni 2014 - 13 Augustus 2014

Australie 2014

05 Augustus 2009 - 25 Oktober 2009

Eline, Nynke, Simone en Koen go USA

Landen bezocht: